Actie: vlotje voor zwarte stern

Kleine Gelderse Waard • Fraterwaard |  NATUUR

 

28 april 2018 | vlotjes te water

Wilke Schoemaker: “Vandaag met Tijs en Marc hebben we de nestvlotjes geplaatst. Negen in de Kleine Gelderse Waard {  Wilke in de boot} en bij Dieren zeven in de Fraterwaard {  Tijs in actie} en negen vlotjes in de Dierense Hank  We gaan het natuurlijk goed volgen. Bovendien, als je iets doet voor een rode lijst soort moet dat ook, je hebt zorgplicht. In de Gelderse Waard zitten ze al en willen we kijken of ze verder uitbreiden en in Dieren zaten ze tot de jaren 80 en willen we ze terughebben.
Ja, de mensen kunnen nog steeds doneren voor een vlotje. De excursie komt later, in overleg met de sponsoren.”

Help de zwarte stern, sponsor een nestvlot 

29 maart 2018 | Onze beheerder Wilke Schoemaker zoekt drijvende krachten:
“De zwarte stern broedde vroeger in de Rijnstrangen op drijvende krabbenscheer vegetaties. Die verdwenen echter door watervervuiling. Sinds enkele jaren worden er alternatieve vlotjes snoeren uitgelegd. Hier maken ze dankbaar gebruik van. Ze broeden het liefst bij elkaar, want het is een kolonievogel.

Nu wil ik graag drijvende nestvlotjes uitleggen op de nieuw gegraven wateren in de Kleine Gelderse Waard. Een duurzaam vlotje maken dat tien jaar meegaat kost 100 euro. We willen er 20 uitleggen in de Kleine Gelderse Waard en 10 in de Fraterwaard {bij Dieren – Doesburg}. De vlotjes moeten rond 1 mei gelegd worden voor een optimale broedkans in 2018. Wie helpt mee en sponsort een nestvlotje?”

 

Excursie als dank
Het is leuk om de kraamkamer van de zwarte stern te zien. Sponsoren nodigen wij uit voor een exclusieve excursie in de Kleine Gelderse Waard, een gebied dat normaliter is afgesloten voor het publiek.

 

Doet u mee? 
Dat zou onze actie voor de zwarte stern ‘vleugels’ geven. Voor vragen en opgave als sponsor kunt u een mail sturen naar Mieke Ottevanger  , zij is de drijvende kracht van Wilke Schoemaker {beheerder Gelderse bezittingen}.

 

ZWARTE STERN

Chlidonias niger
Moerasstern
L 22-26 cm, S 56-62 cm
Zomergast van half april tot in oktober

 

Uiterlijk: ’s zomers zwarte kop en buik, leigrijze rug en vleugels, witte onder staart; ’s winters lichter grijs en wit; zwarte snavel; geslachten gelijk.

Broedplaats: moerassen, meertjes met veel plantengroei, agrarische gebieden met brede sloten en modderbanken; veel broedkolonies zijn verdwenen door drooglegging of snelle verlanding.

Nest: beide vogels bouwen aan een simpel drijvend nest op waterplanten, liefst op krabbenscheervelden. Door het kleine aanbod van deze waterplant broeden vrijwel alle sterns in Nederland op kunstmatige nestvlotjes.

Broedsel: legtijd mei-juni; 2 à 4 eieren; deze worden 14 dagen door beide vogels bebroed; de jongen verlaten het nest na 14 dagen; vliegen na 3 weken.

Voedsel: libellen, waterinsecten, larven, kleine visjes, amfibieën, regenwormen.

Geluid: tamelijk zwijgzaam, af en toe een ‘kit-kit’-roep; alarmroep energiek ki-ki-ki.. of schril kjeh.

Vlucht: boven het wateroppervlak, steeds neer duikend op jacht naar insecten en waterdiertjes.

Trek: typische trekvogel, overwintert aan de kust in West-Afrika.